We doen ons best jullie op de hoogte te houden......
25 mei.
En belofte maakt schuld.
Helaas, gisteren was het dan zover. De schijnbaar eindeloze periode bleek toch eindig te zijn. We zijn op tijd vanaf de camping vertrokken voor een ritje van zestig kilometer naar de haven van Tanger Mediterrane.
Laatste blik op het schitterende landschap
Op de vouchers stond dat de boot om elf uur zou vertrekken, op de tickets stond twaalf uur en de boot vertrok daadwerkelijk om één uur. Maar liever een paar uur te vroeg in de haven dan één minuut te laat. Het inchecken en de paspoort- en politiecontrole verliep vloeiender dan vorig jaar. Moesten we toen nog zelf alle loketjes langslopen, nu alleen nog maar dat van de bootmaatschappij. Daarna konden we met de camper langs politie en douane. En als laatste moesten drie campers achterelkaar op de verhoging, waarna de grote röntgenauto er langs reed om te ‘kijken’ wat er zich zoal in die rijdende huisjes bevond. Gelukkig niets wat we niet mee mochten nemen. Daarna doorrijden naar de opstelstroken en: wachten. Het was mooi weer daar en we kwamen de tijd goed door.
Geduld was een schone zaak
We troffen camperaars die we al eerder hadden ontmoet in Tinghir en ook op de laatste camping stonden. Een haast eindeloze hoeveelheid vrachtwagens werd op de boot gereden, tientallen. We keken af en toe en zagen dat het dek al aardig gevuld raakte. Ook waren onze tickets nog niet ingenomen, dit alles deed ons vrezen dat we zouden moeten wachten tot de boot van vijf uur. Maar gelukkig, er was nog plaats, zelfs voor een lange camper met een aanhanger met zweefvliegtuig. Maar we moesten wel allemaal achteruit het schip in. Er werden ‘opvulzakken’ vooraan bij de oprijplaten gelegd, zodat de fietsdrager niet vastliep.
Opvulzakken werden voor hem neergelegd, ook voor ons
Met z'n allen op het achterdek met, toen nog, zicht op Marokko
Daar in de verte, ons verblijf gedurende zes weken
De overtocht verliep rustig en na een uurtje reden we weer op Europese bodem. Op de boot, naast de campers hebben we afscheid van Cor en Wil genomen. We hebben een prachtige reis met z´n vieren gemaakt, die voor herhaling vatbaar is. Het was wel even wennen om nu alleen verder te gaan. De afgelopen weken hadden we alle plannen met z´n vieren gemaakt.
Daarna zijn we eerst LPG gaan tanken vlakbij Los Barrios, de fles is weer vol. De koelkast vervolgens weer gevuld bij de supermarkt in Algeciras en op de parkeerplaats achter Mercadona overnacht. Maar eerst, samen met die camperaars die we hadden getroffen: McDonalds……
En vandaag (zondag) hebben we de reis naar het noorden aangevangen. We hebben vierhonderd kilometer gereden en staan nu op een camping in Santa Elena. Morgen willen we naar Peniscola, maar eerst proberen een nieuwe startaccu te regelen. Die gaat/heeft het begeven. Als het niet erger wordt, doen we het ervoor.
26 mei.
De campingeigenaar bracht ons gisteravond naar een garage om de hoek. Vandaag om negen uur was die open en ik ben er gelijk naar toe gegaan. Ik had eerst met behulp van een online vertaalprogramma opgeschreven wat het probleem was. Want Spaans zit niet in ons pakket vreemde talen en de garageman sprak alléén maar Spaans. Hij ging mee naar de camper, heeft de accu gemeten en concludeerde ook dat die niet meer te redden viel. Hij bestelde een nieuwe en heeft die direct na de middag gemonteerd. Zo, de camper kan weer starten.
Het was overigens geen straf om vandaag op de camping te blijven. Vanochtend op de markt nog boodschappen gedaan. De zon scheen weer de hele dag en met een boek er bij was het goed toeven hier. We gaan nu dan morgen proberen Peniscola te bereiken, nog een tripje van vijfhonderd kilometer. We willen daar twee dagen blijven. En dan zal het voorlopig wel even afgelopen zijn met het updaten van de website. De rest van de tijd zal voornamelijk gaan bestaan uit reizen. Maar waar mogelijk zullen we laten weten waar we zijn.
Verplicht verblijf op de camping, maar absoluut geen straf
27 mei.
De reis naar Peñiscola leidde over de Spaanse snelwegen. We zagen heel veel bloeiende brem in de middenbermen en langs de kanten van de wegen.
Onderweg, heel veel bloeiende brem
Het was opvallend rustig, weinig verkeer en we schoten dan ook lekker op.
En we staan op Camping Eden. Het lijkt hier net een Nederlandse camping. Volgens ons is ongeveer driekwart van de campinggasten Nederlands. Voor het eerst sinds tijden regende het vanavond. Vanmiddag was de lucht in het noorden behoorlijk donker en het weerlichtte zelfs even. Maar tot een echte donderbui kwam het niet. En ook voor het eerst sinds tijden zaten we de hele avond binnen. Er is een heel mooi zwembad hier, maar of we het gaan gebruiken zal van het weer afhangen, en dat we daar rekening mee moeten houden is ook voor het eerst sinds tijden.
Het campingzwembad
28 mei.
Na het regenbuitje van gisteravond scheen vanochtend de zon weer volop. De verwachtingen voor vandaag waren echter zeer twijfelachtig. We hebben ons dan ook niet bedacht en zijn via de boulevard naar de oude stad gelopen. Het was er erg toeristisch, zoals verwacht. Veel kleine straatjes met evenzoveel kleine winkeltjes. De straatjes zijn niet met tegels of klinkers belegd, maar met kiezelstenen in beton. Mooi, maar ook verraderlijk glad. In de winkeltjes heel veel prachtig gekleurd aardewerk en originele wand- en tuindecoraties van blik. Je zou alles wel mee willen nemen, maar het zou thuis waarschijnlijk uit de toon vallen. We hebben het maar laten hangen. En natuurlijk restaurantjes, ook heel veel.
Eén van de vele hellende winkelstraatjes
Papegaai (zonder lawaai)
Strand en boulevard, met Gaudi-achtige kunstwerken
Het strand was redelijk bezet
De oude stad
En maar goed dat we het mooie weer vanochtend hebben benut, vanmiddag begon het te regenen met af en toe een enkele donderslag.
Morgen gaan we eerst naar de wijnboer in Capmany en hopen ’s avonds te overnachten op de camperplaats in Port Vendre. De planning daarna is Saint Pourçain sur Sioule, beide plaatsen hebben geen internetmogelijkheid. Hoe de reis er daarna gaat uitzien weten we nog niet. Dit zou dus voorlopig de laatste update kunnen zijn.
29 mei.
We hebben voor een groot deel de tolweg gereden. Dat schoot behoorlijk op, maar was gevoeliger voor de portemonnaie dan we hadden verwacht. Om een uur of drie waren we in Capmany. We troffen het, de deuren werden net weer geopend en we konden de nodige wijnvoorraad inslaan. Het was inmiddels halfvier geworden en we besloten niet meer door te rijden naar Port Vendre, maar te overnachten op de camping in Capmany. Deze camping heeft een Nederlandse eigenaar. Het bosgebied en de camping zijn een aantal jaren geleden geteisterd door bosbranden. Toen we hier een jaar geleden waren, kon je de zwartgeblakerde boomstammen niet te missen. Nu echter zat er weer gezond groen blad aan de bomen. De natuur had zich al weer hersteld.
30 mei.
Voor het ontbijt zijn we al vertrokken, de geplande afstand was vijfhonderdzestig kilometer. Op de camping was geen brood verkrijgbaar. We hebben de broodnodige boodschappen gedaan vlak voor de Frans/Spaanse grens en daarbij zat natuurlijk ook een broodje. We hebben daar op de parkeerplaats ontbeten. We kozen er voor om nu niet de tolwegen te gaan rijden. Vanaf Beziers reden we vierbaans tot ongeveer zestig kilometer voor ons einddoel: Saint Pourcin sur Sioule. Ook het viaduct bij Milau hebben we overgeslagen en zijn onderlangs, via de stad gereden.
Milau, met op de achtergrong het gigantische (tol)viaduct
De laatste twintig kilometer waren enkelbaans, maar het schoot wel op. Om halfacht waren we op de plaats van bestemming, maar helaas: ‘complet’. Zelfs op het allerlaatste gedeelte was geen plaats, dit was afgehuurd door een Franse camperclub. We hebben overnacht op de parkeerplaats van het sportpark, naast een Nederlandse camper.
31 mei.
Het enige vermeldenswaardige voor vandaag was dat we als maar verder noordwaarts hebben gereden en nu op een camping in Soissons overnachten. Hier troffen we onze reisgenoten ook weer. Nog een paar dagen en het zit er op. Morgen zoeken we een plekje ergens in België. Maandag gaan we nog even naar Schijndel om voor wat defect geraakte onderdelen vervangers te kopen. Maandagavond hopen we thuis te zijn.
2 juni.
We overnachtten van één naar twee juni in Leopoldsburg in België. Een mooie camperplaats aan de jachthaven. Het terrein wordt ’s winters gebruikt om de boten op het droge te stallen. We stonden op de ‘afspuitplaats’, een grote schone betonnen ondergrond met ruim voldoende stroomaansluitingen en een afvoergoot rondom. Nadat we daar vanochtend vertrokken zijn we via Schijndel naar huis gereden. Om klokslag zes uur waren we weer thuis. We hebben eerst, dat deden we meestal rond deze tijd, een wijntje gedronken. Maar deze keer op de bank voor huis, in de laatste avondzon. We toastten op een prachtige reis met gezellige reisgenoten en zonder noemenswaardige technische problemen.
Onze navigatie beschikt waarschijnlijk over paranormale gaven. Voor Groningen klonk het ineens: “keer om” en de groene pijl gaf dat ook aan.
Volgens de pijl van de navigatie:t och maar weer terug.....?
Hoewel we dat best wilden, was het toch goed geweest de afgelopen periode en prima om weer naar huis te gaan. Al met al zijn we ruim acht weken onderweg geweest en er rolden 9199 kilometers onder de wielen door.