Zondag 9 april: Peñiscóla.

We konden gisteren duidelijk merken dat er vanwege Pasen vrije dagen in Spanje waren. Op de cp zagen we campers met gezinnen met kinderen. En gaandeweg vulde de cp zich behoorlijk.

We zijn zaterdagmiddag nog even weer naar het dorpje gelopen, maar het was nog net zo rustig als de dag er voor.

Achter ons stond een grote Nederlandse Flair met aan de kogel een triangel die een Smart voorttrok. Meestal wordt een (extra) auto meegenomen op een aanhanger. Maar met een zogenaamde triangel rijdt de extra auto op z’n eigen wielen en met een zeven- of dertienpolige kabel brandt de verlichting van de extra auto net zoals bij een aanhanger. In Duitsland schijnt dit overigens niet toegestaan te zijn.

Zaterdag namiddag nodigden deze Flair-camperaars ons uit voor een wijntje. We hebben er een gezellig uurtje zitten praten. En net zoals we al eerder hadden meegemaakt, hadden we ook nu weer gemeenschappelijke kennissen. In dezelfde periode dat wij naar de wintersport in Neustift gingen, waren zij daar ook geweest. We kenden elkaar daar niet van, maar herinnerden ons wel diverse namen van medecamperaars.

 

Vandaag, zondag, zijn we serieus aan de terugweg begonnen. Gisteren hadden we al water getankt, de vuilwatertank geleegd en ook de toilettank. Dat scheelde vanochtend nogal wat tijd, want de waterdruk op de kraan van de cp was minimaal. Het duurde heel lang voordat de tank weer vol was.

Om een uur of drie waren we in Peñiscóla en zijn naar Parking La Brisa gereden. We wisten eigenlijk niet wat we konden verwachten. Vanwege Pasen een volle cp of niet. Er was gelukkig plaats genoeg, maar veel van de plekken werden bezet door personenauto’s die later op de dag allemaal weer vertrokken. Maar de cp heeft plaats voor 132 campers en staat nu helemaal vol.

We zijn nog even naar de stad gelopen, waar de terrassen goed bezet waren.

Het was weer een zonnige dag en op dit moment, 20:30 is het hier 160. We zullen de komende dagen aan ander weer moeten wennen dan de afgelopen weken.

 

Maandag 10 april: La Selva Del Camp.

We hadden gisteren nog overwogen om een dag in Peñicóla te blijven staan, maar later hebben we daar van afgezien. Om negen uur ging de poort open en een halfuurtje later was de helft van de campers vertrokken. Menigeen moest nog servicen, voor hen dus niet zo’n snel vertrek.

Wij zijn eerst naar Aldi gegaan om de voorraad voor de komende dagen aan te vullen. Meer camperaars hadden er net zo over gedacht.

Vlakbij, wisten we van de vorige keer dat we hier waren, bevindt zich een tankstation met de minst dure diesel in de verre omgeving. De belangstelling voor brandstof was uiteraard enorm. We moesten ons opstellen in zig-zag rijen, zoals soms te zien bij de drukke attracties van de Efteling. Maar nu geen mensen maar campers. Het kostte ons een halfuur en toen zat de tank weer vol. De prijs was het wachten waard: €1,385.

We hebben ‘snelweg mijden’ weer in de navigatie gezet. We zagen op een paar momenten dat er op de AP7 files ontstonden, terwijl wij lekker door konden rijden.

We reden door gebieden waar soms de sinaasappelen nog aan de bomen zaten. Op andere plaatsen zagen we bloeiende fruitbomen.

We hadden een cp uitgezocht in Reus. Daar aangekomen voelde het niet goed. Middenin de stad op een parkeerplaats. Dus zijn we weer vertrokken, waarbij de nylon wielen hun diensten weer hebben bewezen. We zijn uiteindelijk beland in het dorp La Selva Del Camp. Een cp met een slagboom, waarvoor je de plaatselijke politie moet bellen om de code voor die slagboom te verkrijgen. In ons geval kwam er een agente in de dienstauto, die ook gelijk kwam afrekenen: €5.-. Een keurige cp inclusief stroom en verzorging.

Op weg hier naar toe verzon de navigatie nog een mooie toeristische route door een gehucht met een tweerichting straatje waar de camper net doorheen paste. Een tegenligger zou een groot probleem geworden zijn.

 

even een slingertje maken...

...om vervolgens voor €1,385/liter te tanken

liever niet nóg smallere straatjes

Dinsdag 11 april: La Selva Del Camp.

Ondanks dat de cp aan de doorgaande weg ligt, hebben we er vannacht weinig last van gehad. Tijdens de avonduren reden er een paar auto’s met zogenaamde sportuitlaten, die hoor je van verre komen en gaan. Maar ook díe chauffeurs gaan op een gegeven moment naar bed.

Op een plattegrondje hadden we een paar bezienswaardigheden ontdekt. Dus de fietsen van stal gehaald, naar het centrum gereden en ze daar weer verankerd om lopend verder te gaan. De hoofdstraat heeft veel mooie smalle zijstraatjes.

Van de Església de Sant Andreu was de hoofddeur geopend maar de toegang tot de kerk was afgesloten door middel van een aantal glasdeuren.

Ook zeker de moeite van het bekijken waard zou Het Kasteel zijn, dat werd ons tenminste door een automobilist toegeroepen. We stonden op de trappen, maar helaas, gesloten en pas donderdag weer geopend.

We hebben wat door het centrum van het dorpje gelopen en ook nog even gekeken op de indrukwekkende begraafplaats.

 

In de loop van de middag was de cp weer vol. Maar het verbaasde ons dat er om halfacht toch nog een paar Spaanse campers weer vertrokken.

 

soort zoekt soort

veel karakteristieke smalle straatjes

door de glasdeur heen gemaakt

de toegang tot de begraafplaats

een deel van het aquaduct, zoals het vroeger was

zomaar een straatnaambordje

de gekleurde letters op het dorpsplein

Woensdag 12 april: Argeles sur Mer.

Op tijd vertrokken vanochtend, we wilden naar Frankrijk vandaag, om precies te zijn Argeles sur Mer. We hadden de navigatie de opdracht gegeven om ook over de snelwegen te gaan en ook de tolwegen. Maar ja, Truus weet ook niet alles en dacht dat je op de AP7 in Noord Spanje nog tol moest betalen, dat hoeft niet meer en dat hebben we Truus verteld.

Het was druk op de wegen, vooral in de wijde omgeving van Barcelona. Tientallen vrachtwagens achter elkaar, maar die elkaar ook inhalen. En de snelheden liegen er niet om. Wegwerkzaamheden over een stukje van 200 meter leverde een langzaam rijdende file op van 11 kilometer.

De kleur geel van het bloeiende koolzaad was op diverse plaatsen te zien.

We hadden een stop gepland in Capmany om een paar bags-in-box portwijn te kopen. En even verder hebben we de dieseltank vol laten lopen. Voor een heel andere prijs dan in Peñicóla: €1,645.

Daarna reden we moeiteloos de Franse grens over, geen politie en douane gezien. Even later reden we door het altijd razend drukke Le Perthus.

Even later, bij een rotonde in de buurt van Le Boulou, stond de douane met ‘spiegelstokken’ auto’s te controleren. Wij mochten doorrijden.

We staan nu op camping Les Roussillonnais in Argeles sur Mer. We konden zelf een plaats kiezen, maar de camping was al behoorlijk bezet.

Rond een uur of halfzeven gebeurde er iets dat we in maanden niet hadden meegemaakt: het regende. Gelukkig niet langdurig, maar ik vrees dat we dit vaker mee gaan maken de komende tijd.

 

bloeiend koolzaad

wijn in Capmany

links en rechts geparkeerd en rijdend verkeer in Le Perthus

ons plekje op de camping

Donderdag 13 april: Argeles sur Mer.

De verschillende weer-apps voorspelden een paar regenbuitjes in de middag en harde wind gedurende de hele dag. Het eerste kwam niet uit, het tweede wel.

Vanuit de camping zijn we voor de wind naar de boulevard gefietst, waar het aanmerkelijk drukker was dan de vorige keer. Aan de boulevard zijn vele winkeltjes en restaurantjes te vinden. Het merendeel was nu geopend. Het liep niet storm met toeristen, maar er was wat leven in de brouwerij.

Bij de haveningang was men nog steeds bezig met het aanbrengen van grote keienwallen voor de bescherming van de haven ten opzichte van de zee. En die klus is voor de drukte van het toeristenseizoen nog lang niet afgerond.

Door het oude dorp en via Lidl zijn we terug naar de camper gefietst.

 

zoveel zeepjes, zoveel geurtjes en kleurtjes

hier geen kleurtjes, alleen maar wit in dit winkeltje (rechts)

o.a. deze meer dan manshoge betonblokken moeten er voor zorgen dat de haven bescherm is; maar dan moeten ze eerst nog wel op hun plaats gebracht worden

Vrijdag 14 april: Millau.

De voorruit schoongemaakt, het toilet geleegd en klaar voor de start. Om tien uur vertrokken we vanaf de camping en via o.a. Saint-Cyprien, Perpignan, Narbonne en Béziers kwamen we op de A75 met als doel Millau. In Millau bevindt zich ook een stopplaats van Camping-Car-Park. Op de heenweg hadden we deze optie in Argeles-sur-Mer gekozen, mede omdat er toen geen campings open waren. De afstand vandaag was 250 kilometer. We begonnen de reis vandaag met een voorzichtig om de hoek kijkend zonnetje. Dat werd allengs minder en hoe dichter we in de buurt van ons einddoel van vandaag kwamen, hoe donkerder het werd. En wat uiteindelijk begon met wat voorzichtig gespetter met de ruitenwissers op de intervalstand, werd op een gegeven moment serieus regen.

We hadden de navigatie ‘verteld’ dat we geen tolwegen wilden rijden, zodat we om even voor drie uur bij de cp waren. Ja, bíj de cp. Om toegang tot de cp te krijgen moet je het pasje voor de reader houden, waarna de slagboom opent. Maar één camper voor ons had daar nogal problemen mee. Wij stonden daar achter en blokkeerden daardoor de doorgang van een parkeerterreintje iets verderop. En om het nog wat lastiger te maken, stond er ook nog een marktkraampje in de toch al smalle doorgang. Enfin, rustig blijven en na een kwartiertje was het probleem opgelost en konden we een plekje uitzoeken.

Het mooie van dit systeem van Camping-Car-Park is dat je op je app kunt zien of er nog plaats is en hoeveel plaatsen. En de prijs is alleszins redelijk, hier betalen we €13.- incl. stroom en verzorging.

Helaas, geen foto’s vandaag.

 

Zaterdag 15 april: Peyre en Aubrac.

De cp was gisteravond nog redelijk bezet geraakt, vanochtend zijn de meesten weer vertrokken. Het is een prima cp, maar eentje die niet echt uitnodigt om er langer dan 2 dagen te blijven staan. Het weer lokte vanochtend niet echt om te blijven en de stad in te gaan. Bovendien hadden we dat voorgaande jaren al een paar keer gedaan. Wij zijn dus ook weer op reis gegaan. Maar eerst nog even een bezoekje aan Lidl gebracht, de koelkast is weer gevuld.

Eenmaal uit Millau hebben we de A75 opgezocht. Doorgaans is het op deze tolvrije weg heel relaxt rijden. Maar vandaag niet, het stormde. En wanneer je dan buiten de beschutting van de bergen rijdt, wordt er behoorlijk tegen de camper geblazen.

We hebben dat een kleine negentig kilometer volgehouden en tekenden toen voor gezien. Al vroeg in de middag kwamen we aan op een cp in Peyre en Aubrac, met uitzicht op het dorp. Peyre en Aubrac is een gemeente in het departement Lozère in de regio Occitanie en telt 2.386 inwoners.

Nadat we een broodje hadden gegeten, zijn we het dorp gaan verkennen. Daar heb je overigens niet veel tijd voor nodig. Bovendien was het met die harde wind gewoon koud. Het display van de plaatselijke drogist/apotheek gaf een temperatuur van slechts 90 aan.

Alle winkeltjes, dat klinkt meer dan het er in werkelijkheid zijn, gingen pas om drie uur weer open.

De deur van de kerk daarentegen, L’ Eglise St. Etienne, was wel open en we zijn even naar binnen gegaan. De kerk heeft een mengeling van romaanse en barokke stijlen en in 1106 werd al melding van deze kerk gemaakt. In de 19e eeuw is de kerk gerenoveerd en de karakteristieke eigenschappen van elk bouwtijdperk zijn behouden gebleven. Het schip van de kerk lijkt te dateren van vóór de 14e eeuw. De glas-in-loodramen dateren uit 1967.

 

midden boven, achter de boom

die is wel héél oud

we zagen heel veel wandelaars

het stadhuis

ja, koud hè

L’ Eglise St. Etienne

dit paste nog net tussen de twee straten

Maak jouw eigen website met JouwWeb