De Strontrace is een zeilwedstrijd die elk jaar tijdens de herfstvakantie wordt gehouden. De start is in Workum, waarna via het IJsselmeer naar Warmond wordt gevaren waar kunstmest moet worden afgeleverd. Vervolgens moet zo snel mogelijk naar Workum worden teruggevaren. De wedstrijd is ontstaan aan de hand van de historische vaarroute, waarbij mest van Friese boeren naar de bollenstreek in Zuid Holland werd vervoerd.

In 1973 blies Reid de Jong, bewoner van de vuurtoren van Workum en vroeger architect en hoogleraar architectuur, deze handelsvaart nieuw leven in. Nadat traditioneel op maandagmiddag het startschot heeft geklonken, stuurt de Jong de schippers op de vertrouwde en niet mis te verstane manier weg: “En nou oprotten!’’

Via It Soal, de vaart naar het IJsselmeer, wordt afhankelijk van de windrichting gejaagd, geboomd of gezeild. Nadat op het IJsselmeer de startlijn zeilend is gepasseerd, wordt koers gezet naar Warmond.

Waar dus vroeger met echte mest, stront, werd gevaren is het nu de bedoeling om een paar zakken kunstmest zeilend naar Warmond te vervoeren. Aan de strontrace mogen in verband met het karakter van de race alleen historische schepen meedoen. Daardoor wordt er voornamelijk met skûtsjes en tjalken gezeild.

De schepen moeten zo snel mogelijk, non-stop, in Warmond zien aan te komen. De schippers kunnen uit twee opties kiezen om het Zuidelijk IJsselmeer te bereiken. De op de heenreis gekozen route bepaalt ook de route van de terugreis. Kiezen ze op de heenweg voor het naviduct bij Enkhuizen, dan moeten ze op de terugweg via Lelystad. Kiest de schipper echter op de heenreis voor de Houtribsluizen bij Lelystad, dan mag hij op de terugreis kiezen uit Lelystad of Enkhuizen. De gemaakte keuze hangt niet alleen af van weer en wind, maar ook zeker van de inzichten van de schipper.

Op het IJ moet om veiligheidsredenen op de motor worden gevaren. Hier valt gelijk de volgende belangrijke beslissing: Amsterdam binnenvaren, vervolgens over de Ringvaart naar de bollenstreek en terug via Haarlem, óf eerst naar Haarlem en dan door het Spaarne naar Warmond en via de hoofdstad terug naar het Friese Workum. Een beslissing die uren voordeel kan opleveren. Of volledig verkeerd kan uitpakken.

Een nieuw element in de wedstrijd is dat de schepen dit jaar even afmeren in Oude Wetering. Daar ontvangen zij een lokaal streekproduct (een pot Veense augurken) als symbolische retourvracht naar Friesland.

Bij aankomst in Warmond worden de schepen opgewacht door de keermeester en zijn rechterhand, die hun aankomsttijden noteren en de schippers een oorlam aanbieden. De ‘strontzakken’ worden gelost aan de kade van park Groot Leerust, bij het theehuis. De schipper en bemanning van het schip dat als eerst in Warmond aankomt, wordt feestelijk onthaald door de burgemeester van Warmond, soms zelfs midden in de nacht. Gedurende het verplichte rustuur in Warmond krijgen de schippers en hun bemanning koffie, thee, soep en broodjes.

De race wordt door velen gezien als de zwaarste race met historische schepen. Er wordt namelijk non-stop, dus dag en nacht, gevaren. Het bij ongunstige wind bomen en jagen vereist vooral veel uithoudingsvermogen en vakmanschap.

 

dit is nog maar het begin, in 't weekend ligt het he-le-maal vol

19 oktober:

Gisteren zijn we van huis vertrokken en hebben toen eerst familiebezoekjes in Heerenveen afgelegd. De twee dagen er voor heeft de camper de jaarlijkse onderhoudsbeurt gehad en daarbij is o.a. de aircopomp vervangen. Die was tijdens een eerdere rit, begin september, vastgelopen en had er voor gezorgd dat we vanuit Düsseldorf op een ‘lepelwagen’ naar Venlo werden gebracht.

dat was letterlijk en figuurlijk: dikke pech

Net na het middaguur reden we Workum binnen en vonden een plekje op de cp van de jachthaven. Er is hier plaats voor 10 campers. Ons meegeteld werden slechts 5 plaatsen bezet. Benieuwd of er tijdens het weekend meer campers komen.

Hoewel er tijdens deze zomerse herfstdagen nog volop werd gevaren, werden toch ook de nodige schepen al weer op het droge gezet voor de winterslaap en het daarop volgende voorjaarsonderhoud.

 

20 oktober:

Vanaf vandaag en gedurende de hele volgende week is er reuring rond de havenkom van Workum.

 

We zijn op de fiets op verkenning gegaan. Benieuwd wat er allemaal te gebeuren stond. Vanuit de cp is de afstand naar de havenkom ongeveer twee kilometer.  De voorbereidingen voor het weekend waren in volle gang. De tent waar ‘De Oprotborrel’ en ‘Het Oprotbuffet’ zullen plaatsvinden, werd opgebouwd.

Zo ook het muziekpodium. Vanavond vindt hier een herinneringsconcert plaats: ‘Oade an Doede Bleeker’. Doede Bleeker had twee passies: de visserij en de muziek. Hij had een vishandel in Stavoren en het verhaal gaat als volgt: Een groep studenten uit Amsterdam wilde in Stavoren een pond prijzige ­palingfilet omruilen voor kibbeling omdat de paling niet goed zou zijn. Doede pakte het ­aan, haalde de paling­filet uit de verpakking, sneed die in stukjes en ging ermee de zaak rond. ‘‘Niet goed’, zeggen die jongens.’ Maar de klanten vonden het heerlijk en keerden zich tegen de jongens, die op een gegeven moment moesten rennen voor hun leven.’

Bij de Visserijvereniging Workum stond Doede bekend als de belangstellende en vriendelijke maar onverbiddelijke keurmeester en humorvolle afslager van de vangst. Ondanks zijn iedere keer luid en duidelijk en in onvervalst Stavers uitgesproken waarschuwing: ‘Handopsteke is hange!’ ging bijna jaarlijks iemand ongewild met een portie vis naar huis, omdat hij of zij zwaaide naar een kennis. Doede heeft dit werk 41 jaar gedaan en zijn inzet als bekende Fries bezorgde de vereniging veel publiciteit.

Het was gezellig druk rond de haven en om klokslag acht uur startte de muziek met nummers van, hoe kan het anders, Doede Bleeker.

De dag begon zonnig, maar allengs kreeg de bewolking de overhand. De temperatuur bleef steken bij 14 graden.

De dag had helaas ook een smetje. Op de camperplaats en tijdens onze afwezigheid heeft een onervaren camperaar, achteruitrijdend, onze fietsdrager een geheel andere vorm gegeven. Beide draagarmen zijn onherstelbaar verbogen en de net nieuw gemonteerde lichtbalk is helaas ook geen lang leven beschoren. Met enig passen en meten kunnen we de fietsen gelukkig nog wel naar huis vervoeren. En daar gaan we wel kijken wat er nog meer beschadigd is. De ongelukkige chauffeur van de spiksplinternieuwe Carthago en z’n echtgenote dachten dat ze ‘slechts’ een kentekenlampje van onze drager hadden afgereden. We hebben ze uit die droom geholpen. Zelf hadden ze nauwelijks schade, maar waren daarvan meer onder de indruk dan van de onze.

 

21 oktober:

De havenkom was inmiddels goed gevuld met zeil-, vis- en charterschepen. En rondom de havenkom vonden diverse activiteiten plaats. Shantykoren, oude ambachten, visrokerijen en een beetje tweedehands handel. En de frietcaravan had ‘in bjusterbaarlik goeie dei’. Lange rijen wachtenden, ook wij. En de zak friet ging er in als koek. Er heerste een gezellige drukte.

Intussen bleven grote en kleinere zeilschepen vanuit het IJsselmeer via It Soal Workum binnenvaren.

Net als gisteren begon ook vandaag de dag zonnig, maar die verdween kort na het middaguur. Aan de rand van het meer werd het zowaar koud.

 

22 oktober:

We werden weer gewekt met een schitterend zonnetje. En hoewel het er even op leek dat ook vandaag die zonneschijn van korte duur zou zijn, bleef het een stralende dag. ’s Middags werd het 15 graden.

De vorige keren dat wij in Workum waren tijdens het uitvaren van de schepen moest er steeds worden geboomd of gejaagd. Vandaag konden ze zeilend het IJsselmeer bereiken. We hebben eerst even bij de havenkom gekeken. De kom lag vol schepen en de kades werden druk bevolkt met toeschouwers. We zijn nog een paar honderd meter de dijk over gelopen. Maar omdat de schepen nu zeilend Workum verlieten, zouden we daar maar weinig van zien. We hebben de fietsen weer gepakt en zijn naar de jachthaven aan het eind van It Soal gegaan. In de zon en de luwte van de bosjes hadden we een prima zicht op de schepen. Met grootzeil, halve wind en een behoorlijke vaart voeren ze naar open water, richting Warmond. Dat moet lukken.

23 oktober:

Zo, en dan nu maar weer naar huis.