13 april.

We mogen niet klagen wat het weer betreft, we mogen trouwens überhaupt niet klagen. Ook vandaag weer een zonnige dag met een temperatuur van zo’n 22 graden. Wel blijft steeds de wind behoorlijk aanwezig, maar in de zon is dat geen enkel probleem.

Vandaag zijn we met de ‘grande taxi’ naar Casablanca gegaan. Deze mogen ook buiten de stad rijden, in tegenstelling tot de ‘petit taxi’ die alleen maar in de stad rijdt. Ook heeft elke stad z’n eigen taxikleuren. Voor Mohammedia is dat turkoois voor de grote en groen voor de kleine. De campers konden veilig op de camping blijven staan. Klokslag halftien, de afgesproken tijd, was hij er. Een vriendelijke chauffeur die ons tijdens de rit naar de moskee vertelde wat we in de omgeving zagen. Ook vertelde hij dat hij deze auto nu al vierendertig jaar heeft, en wij kunnen ons niet voorstellen dat hij hem nieuw heeft gekocht. De taxi hadden we gedurende vijf uren voor ons alleen. Mooi op tijd waren we bij de Hassan II-moskee, na een kwartiertje begon de tour van 11.00 uur en duurde een uur. Het is de grootste moskee van Marokko en staat op nummer zeven van de tien grootste moskeeën ter wereld. Het hele complex is ontworpen om bestand te zijn tegen aardbevingen, heeft elektrisch aangestuurde deuren en een gigantisch openschuifbaar dak. En het is (bijna) allemaal marmer wat je ziet. Binnen is plaats voor ruim 25000 gelovigen, buiten is er nog eens plaats voor 85000 mensen. Kosten noch moeite zijn gespaard. Op de terugweg nog even uitgestapt bij een medina en langs het koninklijk paleis gereden. Om halfdrie waren we weer op de camping. Alles precies volgens plan. Omdat we nu met de taxi door een deel van Casa reden, want zo noemde de chauffeur de stad, konden we de drukte in het verkeer ervaren zonder er zelf aan deel te hoeven nemen, best wel lekker. De van te voren bij het campingrestaurant bestelde tajine smaakte daarna super.

1: Moskee Hassan ll; 2: hammam; 3 en 4: gebedsruimte; 5: grande taxi; 6: moskee; 7: medina.

14 april.

We hebben onze plannen bijgesteld. Van kennissen die nu in het zuiden van Marokko zijn horen we dat het daar al behoorlijk warm is. Onze oorspronkelijke route via de kust en dan naar het oosten hebben we verlaten. We zijn vandaag van Mohammedia naar Marrakesh gereden. Daarna willen we dan eerst naar het zand, voordat het daar echt te warm is en dan langs de kust weer omhoog. Maar ja, camperaars, ze maken routes en wijken er net zo snel weer van af. Dus de volgorde kan zo weer veranderen, jullie merken dat dan wel aan ons verslag.

 

De route vandaag hebben we in alle rust afgelegd. Soms achter een vrachtwagen die vanwege de zware lading niet veel snelheid had, maakt ons niet zo veel uit, hebben we mooi de tijd om de omgeving te bekijken. Wel is het toch zaak om de ogen goed op de weg te houden, de Marokkaanse chauffeurs halen soms gevaarlijke capriolen uit. Onderweg in een dorpje nog wat fruit gekocht. Twee grote sinaasappels en twee meloentjes. In het bakje en dan op de weegschaal. En als het contragewicht op de weegschaal dan nog te zwaar is, doet hij er gewoon nog twee sinaasappels bij, dan is alles weer in evenwicht. En om de prijs hoef je het hier echt niet te laten, omgerekend €1.35.

We waren op tijd op camping Le Relais de Marrakesh en konden dus nog heerlijk even zwemmen.

15 april.

Onze reisgenoten zijn vandaag naar Marrakesh gegaan, wij zijn op de camping gebleven. Maar ook dan vliegt een dag voorbij. Camping Le Relais de Marrakech heeft een fantastisch zwembad en daarin is het goed toeven.

16 april.

In de herkansing, wij gaan nu met z’n vieren naar de grote stad. Via de camping ingeschreven voor een taxi om 14.30 die er prompt op tijd was. Direct afgesproken dat hij ons om 20.00 weer oppikt om naar de camping terug te brengen. We zijn eerst naar de Majorelle Tuinen (Jardin Majorelle) gegaan. Een tuincomplex van een halve hectare. Vanaf 1980 was deze botanische tuin eigendom van de in 2008 overleden Yves Saint Laurent. In de tuin zijn planten van alle vijf continenten aanwezig. Uiteraard ook aanwezig in het complex een museum en winkel. Na een klein uurtje hadden we volgens ons alles wel gezien. Waar de grande taxi ons vanaf de camping had afgezet bij het Djeema El Fna plein, waren we voor 50DH met een petit taxi naar de tuinen gegaan. Maar ja, bijna alle bezoekers van de tuinen willen ook weer met een taxi worden teruggebracht. Dus toen wij er eentje hadden gevonden wilde die voor dezelfde rit 100DH hebben. Nou 90 dan, vooruit 60. Nee, wij betalen niet meer dan 50. Nee 60, nou vooruit dan maar, 50DH. En hij bracht ons weer terug naar het plein.

We hebben de ‘ombouw’ van het plein gezien. In de loop van de avond is het een groot openluchtrestaurant. Toen wij wilden gaan eten was de ombouw nog in volle gang en zijn we dus naar een restaurant gegaan, vanwaar we op de eerste verdieping een mooi overzicht hadden van het al maar drukker wordende plein. Pas toen wij naar de taxiplaats liepen was het in vol bedrijf. De taxi, die om acht uur zou komen had een beetje vertraging. Het verkeer op de weg net buiten het plein was één grote chaos. Auto’s, taxi’s, touringcars, brommers, koetsjes, driewiel-bestel-karretjes, fietsers en ook nog overstekende voetgangers. De taxi had vijf minuten nodig gehad om om het plein heen te rijden. En wie een claxon heeft, gebruike die. Liefst veelvuldig maar volledig overbodig. Een lust voor het oog (en oor….) en neus.

Maar afijn, onze chauffeur bracht ons weer heelhuids op de camping met z’n ongeveer dertig jaar oude Mercedes, een ‘voiture solide’. Hij wilde echter wel 10 DH extra hebben omdat het avond was.

 

17 april.

Nadat we eerst de nodige boodschappen hadden gedaan zijn we weer op pad gegaan. Vanuit Marrakesh eerst langs de stadsmuur, de verkeersdrukte viel nu mee. Daarna via de N9 naar Tissa, vlak na Aït Ben Haddou.

We reden een prachtige rit door het Hoge Atlasgebergte. Diverse keren gestopt om foto’s te maken, we waren dan soms zo hoog dat het gewoon koud was, nou ja minder warm dan beneden. De weg was goed. Het steeds veranderende landschap was wonderschoon met af en toe een mooie groene oase. Hoge bergen van voornamelijk roodbruine kleur, maar na iedere wending veranderde het uitzicht volledig. Op veel plaatsen nederzettingen die je door de schutkleur gemakkelijk over het hoofd zag. In de dorpen veel bedrijvigheid, vaak vanuit garageboxachtige bedrijfspandjes. Het was ook hier weer raadzaam er langzaam doorheen te rijden, het leven speelt zich voor een groot deel op straat af. Op veel plaatsen werd bij stroompjes en watervalletjes door de vrouwen de was gedaan. De laatste kilometers leek het alsof je door een filmlandschap reed. Op veel fotostopplaatsen komen als vanuit het niets kinderen die vragen naar snoep, geld of speelgoed en handelaren die van alles en nog wat in de verkoop hebben. Ook willen die graag ‘swappen’ (ruilen). Dus, een spijkerbroek voor een sierraad.

In de namiddag waren we op camping L’Escale de Ouarzazate in Tissa, de buitentemperatuur was inmiddels gestegen tot vijfendertig graden. Gelukkig staan we naast het zwembad.

18 april.

Omdat we gisteren relatief laat aankwamen zijn we niet meer naar Aït Ben Haddou gegaan. Dit is een middeleeuwse Berberse verstevigde stad. We waren hier vorig jaar ook geweest en ik had toen o.a. een portret gemaakt van een oude bewoonster van een kasbah (zie thuispagina vrouw met rode hoofdbedekking). We vonden haar en ik heb haar de foto gegeven. “Oui, c’est moi”. Maar we weten niet of ze het allemaal begreep. Gevraagd naar haar man die vorig jaar ziek was: “Il est mort”. Later ook nog haar zoon gesproken en ook verteld dat we z’n moeder de foto hadden gegeven.

De rest van de dag op de camping doorgebracht. De temperatuur liep in de loop van de dag op naar vierendertig graden. In de camper was het iets warmer. Het zwembad is dan een prettige plaats om te vertoeven. De komende dagen wordt er veel wind verwacht in de omgeving waar wij naar toe willen. De Marokkaanse weersite drukt de verwachte windkracht uit in rode en donkerrode cijfers. En dat in combinatie met het zand in de grote zandbak is geen prettige combinatie. We beraden ons over de route.

 

19 april.

Vanuit Tissa zijn we via de N10 door de Dadès Vallei op weg gegaan naar de Dadès Kloof. Weer diverse stopplaatsen onderweg en genieten van de weidse uitzichten. Halverwege naar de  rivier de Dadès gereden. Een slechte weg van zo’n drie kilometer. Wat opviel was dat er een groep Marokkaanse jongeren, westers gekleed, lopend en met bagage en water onderweg was vanaf de N10 naar, ja waar eigenlijk naar toe. Er leek verder niets te zijn.

Tizi-n-Taddert, een dorp aan de N10. We hebben de camper aan het begin op een parkeerplaats gezet en lopend het dorp verkend. Alle winkeltjes en restaurantjes waren open en de handel in van alles en nog wat vierde weer hoogtij. De tajines roken heerlijk, vooral natuurlijk als je er rond lunchtijd langs loopt. We hebben er aan toegegeven en een heerlijke tajine boeuf gegeten. Net nadat we hadden afgerekend zag Margot een kar met aardbeien langs rijden, niet zelfstandig maar geduwd natuurlijk. Het lukte en we hebben twee kilo gekocht, één voor Cor en Wil en één voor ons zelf. Op het moment van afrekenen drukte een man Margot een stukje papier in haar hand. Schrikken natuurlijk en hij werd hardhandig door een paar mannen ‘weggewerkt’.

Daarna natuurlijk door de Gorge du Dadès gereden. Het klinkt afgezaagd, maar ook hier vielen we weer van de enen verbazing in de andere. Bruin gekleurde bergketens en een droge rivierbedding. Na een steile haarspeldklim wordt je dan beloond met een spectaculair uitzicht in de kloof. Na de kloofvernauwing met maar één rijstrook, vonden we camping Berbere de la Montagne. Een drukbezocht hotel restaurant met camping. We werden ontvangen met de traditionele thee.

1: view in de kloof; 2: tajine eten in Tizi-n-Taddert; 3: samen op uitzichtpunt.

Vernauwing in de Dadès kloof, één rijbaan en geen uitzicht.